DRAMA
idee
Met z'n vieren spelen we dat we schipbreukelingen zijn en op een
vlot ronddobberen over de wijde oceanen. Ieder speelt een type dat met
zee te maken heeft:
- de bouwvakker van een booreiland (botte knar)
- de zwemster (fanatiek, maar het leven blijft een spelletje)
- de visser (de zee? dat is een goudmijn)
- het kleine meisje dat dacht ooit een zeemeermin te worden (naïef en toch wel een beetje bang voor water)
Op het moment dat ze van het zinkende schip af moesten naar het vlot toe, konden de karakters hun zakken nog vol stoppen
met voorwerpen die hun aan het hart gingen.
Zo had de
bouwvakker pilletjes tegen zeeziekte mee, de zwemster een badpak, de
visser een gouden haakje en het kleine meisje een zeester die ze ooit
had gevonden op het strand.
Op deze manier kunnen alle aspecten die in de
lessen behandelt gaan worden aan de orde komen in het toneelstukje. Om er
humor in te brengen kan er ook bijvoorbeeld iemand een opblaaskip uit
zijn 'zak' toveren.